De aankondiging vertelt het bloemrijke verhaal van Moetalieb, de bastaardzoon van een courtisane en een edelman, die op negenjarige leeftijd naar Mekka emigreert. De jonge Moetalieb ondervindt als nel dat het leven zwaarder is dan hij dacht, en dat het van groot belang is te blijven dromen. Dromen geven niet alleen betekenis aan het bestaan, ze leggen ook de basis voor een beschrijving. En in dromen zegeviert de authenticiteit, die in de echte wereld ver te zoeken is. Terwijl Moetalieb vecht voor de eer van Mekka en het ware geloof, bouwt hij een bijzondere vriendschap op met Hafsa, een meisje dat in diepe armoede leeft, en later met Akiel, een Jemenitische christen die gevlucht is om in vrijheid te kunnen leven. Hun kwetsbaarheid en de onmogelijkheid om zich aan te passen aan de Mekkaanse mores confronteren Moetalieb met een harde werkelijkheid. De aankondiging beschrijft de eeuw die voorafging aan de geboorte van de islam, gezien door de ogen van de grootvader van de profeet Mohammed, Moetalieb. Tegelijkertijd laat het Moetaliebs worsteling zien tussen zuiverheid en de noodzaak tot aanpassing.