Alma Mahler-Werfel (1897-1964) is een van de boeiendste vrouwen van deze eeuw: minnares, echtgenote en muze van een reeks beroemde mannen die groter is dan haar dubbele huwelijksnaam suggereert. Want naast de componist Gustav Mahler en de schrijver Frans Werfel was ze nog gehuwd met de architect Walter Gropius en had ze een jarenlange relatie met de schilder Oskar Kokoschka. Toch was Alma meer dan enkel een grande amoureuse van beroemde mannen. Haar harstocht voor kunst en kunstenaar vormden een eenheid. Centraal in dit boek staan de jaren met Mahler, wiens partituren ze uitschrijft en neurotische onzekerheden ze helpt dragen. Daarnaast verhaalt ze van het tragische verlies van kinderen, de Weense roddel, de stormachtige affaire met Kokoschka en haar herinneringen aan Werfel, met wie ze voor de Duitsers naar Spanje vlucht.