'Avonturen in de alledaagse onwerkelijkheid' (1936) is een uitzonderlijke bildungsroman, tegelijk persoonlijk en universeel. Een jongeman stelt zichzelf fundamentele vragen als 'Wie ben ik?' of 'Waarin bestaat mijn gevoel van werkelijkheid?' Het 'ware' leven dat hij nastreeft, loopt onveranderlijk uit op het banale. Hoe dichter hij de mensen, plaatsen en dingen benadert, hoe vreemder ze worden. 'Ik weet waar ik ben en dat ik leef, maar er ontbreekt iets aan dat alles,' zegt de ik-figuur. Blecher gaat voorbij de sjtetl, de provincieplaats, voorbij de randen van de beschaving en realiteit, en daalt af tot in de afgrond van zijn ziel om de zin en betekenis van zijn bestaan en van de seksualiteit te ontdekken.