Hegel (1770- 183 1) wordt beschouwd als een van de grootste filosofen van de Europese geschiedenis, wegens zijn oorspronkelijkheid, zijn denkkracht en zijn systeembouw. De betekenis en invloed van zijn hoofdwerk, Die Phanornenologie des Geistes uit 1807, is groot. In de Fenomenologie van de geest is een revolutionaire geest ontdekt, die de meest uiteenlopende richtingen in filosofie en wetenschap heeft geïnspireerd. Hegel stelt de ervaring ten grondslag aan de filosofie; de wijsbegeerte moet de werkelijkheid in haar ontwikkeling volgen. Die werkelijkheid kan worden begrepen, wanneer ze wordt gezien als een voortdurende verandering vol tegenstellingen, die worden verzoend, maar ook tot nieuwe tegenstellingen leiden.