Wanneer voor Kees – vorstelijk gecompenseerd, maar ontslagen uit zijn eigen bedrijf – het einde nadert van zijn wereldreis, is de rusteloosheid eerder gegroeid dan verdwenen. Het vooruitzicht van de reünie met Amsterdam en zijn vriendin maakt hem nerveus. Hij voelt zich onmachtig, belachelijk en emotioneel failliet. Ooit was hij een belofte, een ondernemer met toekomst; nu is hij iemand zonder plan, zonder ideeën. Als hem vlak voor zijn terugkeer het bericht bereikt van de dood van zijn Parijse mentor, neemt Kees een radicaal besluit. Hij belt zijn vriendin om te zeggen dat hij niet meer thuiskomt, stuurt zijn auto richting Calais, de Eurotunnel in, tot de Schotse westkust, en neemt zijn intrek in een afgelegen lodge. Zo begint Kees' zoektocht naar een nieuw bestaan. Deze tocht leidt, via een ontmoeting met een louche Russische investeerder, naar Londen, naar een onwaarschijnlijke vriendschap, en, uiteindelijk, naar een ongekende liefde. Dromers is een prachtige ontwikkelingsroman, ragfijn geschreven, over een dertiger die vaste voet aan de grond probeert te krijgen in een maatschappij waarin niets is wat het lijkt.