Toby Hawk is een achttienjarige, aantrekkelijke, intelligente boekenwurm. Hij woont samen met Iso, zijn moeder, een niet minder aantrekkelijke schilderes, die slechts vijftien jaar met haar zoon scheelt. Wie zijn vader is, weet Toby niet, maar dat kan hem niet schelen: de band met zijn moeder is zo hecht dat hij het uitstekend zonder concurrerende vader kan stellen. Aan Toby's rustige en regelmatige leven komt een einde als zijn moeder een vriend krijgt. Roehm - hij schijnt geen voornaam te hebben - is raadselachtig, imponerend en onweerstaanbaar. Het enige dat Toby over hem te weten komt, is dat hij als wetenschapper aan de universiteit van Londen werkt, en oorspronkelijk Zwitserland komt. Roehm maakt niet alleen Toby's moeder het hof, maar ook Toby zelf. De band tussen Iso en Toby verslapt. Verteerd door jaloezie en angst gaat Toby op zoek naar de achtergronden van de geheimzinnige Roehm. Zijn zoektocht heeft ingrijpende gevolgen voor zijn leven en dat van zijn moeder.