Vier verhalen vol literair meesterschap De Londense typistes van de beroemde schrijvers Henry James en Joseph Conrad beramen anno 1910 een plan om zichzelf onmerkbaar te vereeuwigen in het werk van de auteurs die ze zo bewonderen. Een New Yorkse acteur ver¬loochent zijn artistieke idealen, levert zich over aan het brede gebaar van het Jiddische volkstoneel, en hoopt in die imitatie van een teloorgegane kunst meer waarheid te vinden dan in een leven lang 'stil spel'. Een Amerikaanse katholiek die meent te weten hoe de wereld in elkaar zit, maakt in het Italië van Mussolini kennis met het ware geloof, lust en liefde – en kan ze niet meer uit elkaar houden. En een bohemien en rokken¬jager uit de Bronx ontwerpt een wereldtaal die moet wed¬ijveren met het Esperanto van 'die oplichter Zamenhof' – een kunsttaal die de mensheid moet verbroederen, maar ooit begonnen is als persoonlijke wraakoefening, ook van zijn vrouw. Vier wrange verhalen over bedrog en zelfbedrog, over personen in de marge die verdwalen tussen waan en werkelijkheid en die wraak willen nemen op het leven. Het kwartet is een komische polyfonie, ingenieuze variaties op een thema waarin Cynthia Ozick volop blijk geeft van haar literaire meesterschap in taal die borrelt en bruist, fluistert en brult, bedot en bedriegt. Zo zingt ze vier verhalen lang de lof van de leugen die waarheid heet. Cynthia Ozick (1928) kreeg onder meer de National Book Critics Circle Award. Eerder verscheen bij Houtekiet De sjaal, een klassieker van de hedendaagse Amerikaanse literatuur, en Erfgenamen van een glinsterende wereld. 'Met enkel rake omschrijvingen zet Ozick een situatie of een personage neer.' Kristien Hemmerechts, Vrij Nederland 'De verhalen van de joods-Amerikaanse schrijfster Cynthia Ozick lijken op samengeperste romans. Met weinig middelen wordt een heel leven in beeld gebracht. En die karigheid mist haar uitwerking niet.' Michaël Zeeman, De Volkskrant